Exophthalmie bij in het wild gevangen kabeljauw (Gadus morhua L.): ontwikkeling van een secundair barotrauma-effect in gevangenschap
Vangstgebaseerde aquacultuur (CBA) van Atlantische kabeljauw (Gadus morhua) is de laatste jaren steeds belangrijker geworden en er wordt meer aandacht besteed aan dierenwelzijnskwesties in verband met deze activiteiten. Eerdere studies toonden aan dat sommige kabeljauw secundaire exophthalmie in gevangenschap ontwikkelen. In deze studie werd de ontwikkeling van secundaire exoftalmie onderzocht in twee groepen van in het wild gevangen kabeljauw, waarvan één werd blootgesteld aan snelle decompressie die acute barotrauma veroorzaakte (behandelingsgroep), terwijl de andere niet (controlegroep). Foto ’s en röntgenfoto’ s voor en tot 33 dagen na barotrauma lieten een significante toename zien van het totale uitsteeksel van het oog veroorzaakt door een ophoping van gas in de orbita in de behandelingsgroep, die voor het eerst werd waargenomen op dag 9 na decompressie, terwijl er geen uitsteeksel werd waargenomen in de controlegroep. Barotrauma werd dus geïdentificeerd als een belangrijke trigger voor de ontwikkeling van secundaire uni – of bilaterale exoftalmie van in het wild gevangen kabeljauw. Twee onderliggende mechanismen worden voorgesteld, waar de meer kans is residuele zwemmen blaas gas nemen van de route van de minste weerstand, terwijl de minder kans is de exsolution van gas uit het bloed. Onze resultaten hebben implicaties voor een breed scala aan contexten waarin kabeljauw snel van grote diepte naar de oppervlakte wordt gebracht.