hoe vragen in het Engels te stellen om erachter te komen wat je echt wilt weten
we hebben eerder gezien hoe belangrijk het is om vragen in het Engels te kunnen stellen, maar er zijn momenten waarop een eenvoudige vraag niet genoeg is om echt uit te vinden wat je wilt weten.
een goed voorbeeld hiervan kan zijn in een sollicitatiegesprek. Mensen willen geen negatieve antwoorden geven in sollicitatiegesprekken, dus als je een vraag stelt als ‘ werk je goed in een team?’, zal de persoon die gevraagd wordt meestal ‘ ja ‘ zeggen.
laten we een paar manieren bekijken om deze vraag nuttiger te maken:
1. Maak de vraag open
gebruik ‘wat’, ‘wanneer’, ‘waar’, ‘waarom’ en ‘hoe’ om een vraag te vormen die geen eenvoudig ‘ja’ of ‘nee’ antwoord vereist. Wanneer een persoon langer kan praten, zul je een dieper begrip krijgen over hoe ze zijn. Je zou de bovenstaande vraag kunnen veranderen in ‘ Waarom is teamwork belangrijk in je werk?’om meer te weten te komen over de vraag of iemand echt waarde hecht aan teamwerk.
2. Vraag naar een voorbeeld
laat de persoon een voorbeeld geven om aan te tonen hoe hij of zij zich in het verleden heeft gedragen om zijn of haar antwoord te ondersteunen. Door deze techniek toe te passen op de bovenstaande vraag, kunnen we zeggen: ‘Vertel me over een tijd dat je goed hebt gewerkt in een team,’ of ‘geef me een voorbeeld van een tijd dat je goed hebt gewerkt als onderdeel van een team’. Het toestaan van de persoon om een voorbeeld te geven geeft u meer details om u te helpen uw mening te vormen.
3. Gebruik een hypothetische situatie
Dit is iets complexer, maar kan een zeer effectieve manier zijn om meer te weten te komen over een persoon. Meestal gebruiken we de tweede voorwaarde om te praten over hypothetische (denkbeeldige) gebeurtenissen in het heden of de toekomst. Hier is hoe we een vraag vormen met de tweede voorwaarde:
‘Wat zou je doen als…’ + verleden tijd
bijvoorbeeld: “wat zou je doen als je voelde dat een van je teamleden niet zo hard werkte als de anderen?”
We kunnen elke vorm van de verleden tijd gebruiken na ‘ if ‘ op dezelfde manier als we het zouden gebruiken in een echte situatie in het heden zoals dit:
reële situatie in het heden:
“Je hebt je auto laten draaien en je kunt iemand zien die probeert het te stelen.”
hypothetische vraag:
“Wat zou u doen als u uw auto aan het rijden had gelaten en iemand zag die hem probeerde te stelen.”
met oefening kunnen al deze methoden u helpen meer informatie te vinden uit uw vragen. Omdat deze vragen uw gesprekspartner meer gedetailleerde antwoorden en meningen kunnen geven, zult u interessantere gesprekken hebben.